Je hypotheekrente tussentijds aanpassen
Wat past bij je?
Renteafkoop en rentemiddeling zijn allebei manieren om je hypotheekrente te verlagen. Het verschil is de vergoeding: bij rentemiddeling betaal je maandelijks een deel van de vergoeding, bij renteafkoop betaal je de vergoeding in 1 keer. De totale kosten die je tijdens de nieuwe rentevastperiode betaalt, zijn bij rentemiddeling meestal hoger dan bij renteafkoop. Kan je de vergoeding in 1 keer betalen? Dan is renteafkoop vaak de voordeligste keuze. Het is niet te voorspellen hoe de rente zich ontwikkelt. Je maakt zelf de keuze of en wanneer renteafkoop of rentemiddeling interessant voor je is. Het kan soms voordeliger zijn om je huidige rentevastperiode door te laten lopen. Je keuze is afhankelijk van je persoonlijke wensen en situatie.Renteafkoop
- Nieuwe rentevastperiode en nieuwe rente
- Je betaalt de vergoeding in 1 keer
- Totale kosten meestal lager dan bij rentemiddeling
Rentemiddeling
- Nieuwe rentevastperiode van 5 of 10 jaar en nieuwe rente
- Je betaalt maandelijks een deel van de vergoeding
- Totale kosten meestal hoger dan bij renteafkoop
Wat moet je weten als je je hypotheekrente wil wijzigen?
Een lagere rente betekent niet altijd dat je maandbedrag lager wordt. Bijvoorbeeld bij een (bank)spaarhypotheek kan je maandbedrag juist hoger worden. Je moet namelijk bij een lagere rente meer sparen om het bedrag aan het einde van de looptijd te halen. Bekijk de rentetarieven van de Moneyou Hypotheek.
Waarom betaal je een vergoeding?
Bij het afsluiten van je hypotheek heb je met ons afgesproken dat je een bepaald rentepercentage tijdens een vaste periode betaalt. Op basis van deze afspraak zijn wij ook verplichtingen aangegaan op de financiƫle markten. Als je (extra) aflost of tussentijds je rentevastperiode aanpast, krijgt Moneyou over de resterende looptijd van de rentevastperiode niet meer de verwachte rente-inkomsten. Met deze vergoeding compenseren we dit verlies aan rente-inkomsten. De vergoeding die je betaalt, kan je meestal aftrekken van de belasting. Meer informatie daarover vind je bij de Belastingdienst.